Statutaire regeling inzake de resultaatverdeling
Artikel 23 van de statuten luidt als volgt:
-
De winst staat ter beschikking van de algemene vergadering.
-
Uitkeringen kunnen slechts plaats hebben tot ten hoogste het uitkeerbare deel van het eigen vermogen.
-
Uitkeringen van winst geschieden na de vaststelling van de jaarrekening, waaruit blijkt dat zij geoorloofd zijn.
-
De algemene vergadering kan, met inachtneming van het dienaangaande in lid 2 bepaalde, besluiten tot uitkering van interim-dividend en tot uitkeringen ten laste van een reserve.
-
Op aandelen of certificaten wordt geen winst ten behoeve van de vennootschap uitgekeerd.
-
De vordering van de aandeelhouder tot uitkering van dividend verjaart door een tijdsverloop van vijf jaren. Dividenden waarover niet binnen vijf jaar na de beschikbaarstelling is beschikt, vervallen aan de vennootschap.
Artikel 24 van de statuten luidt als volgt:
Het dividend staat vanaf een maand na de vaststelling ter beschikking van de aandeelhouders, tenzij de algemene vergadering een andere termijn vaststelt.